Tips & trucs

Zo krijg je ze op een rijtje

In elke woning zitten ze wel: lichtpunten. Draadjes die uit het plafond steken en je al bij voorbaat in de verbouwsfeer brengen. Heb je eindelijk – na een jaar tegen een peertje aangekeken te hebben – de lampen van je dromen gevonden, dan blijken deze draadjes op de verkeerde plek te zitten. Want een lichtpunt heeft elk huis, maar zelden op de goede plek. En wil je drie, vier of vijf lampen boven je stoere eettafel hangen, dan weet je zeker dat er wat valt te klussen. Maar hoe pak je dat aan? Hoe zorg je dat elke lamp van stroom wordt voorzien? Er zijn verschillende mogelijkheden.

Montageoptie 1 – Frezen en stuken

Als je een volledig strak plafond wilt, waar geen enkel ophang- of aansluitpunt zichtbaar is, dan ben je er niet met een halfuurtje klussen op een regenachtige zaterdagmiddag. Je hebt dan maar één mogelijkheid. Zorgen dat leidingen én aansluitpunt (centraaldoos) zich ín het plafond bevinden. Dat wordt dus hakken en frezen. Mocht het huidige lichtpunt niet bruikbaar zijn in de gewenste opstelling, dan kan je deze meteen verplaatsen. Je stuukt het plafond weer, en zie daar. Twee, drie, vier of vijf paar draadjes op precies de goede plaats. Ga je toch verbouwen, dan verdient het aanbeveling om deze methode toe te passen.

Tip: zoek eerst je favoriete lampen op, voordat je de lichtpunten bepaalt. Je zou niet de eerste zijn die verliefd raakt op een stoere lamp met een diameter van 50 of 60 cm, terwijl je lichtpunten berekend zijn op lampen met een diameter van 35 cm.

Montageoptie 2 – Een hulpstuk op het plafond

Frezen en hakken is niet altijd een haalbare oplossing. Hou je van strak en netjes afgewerkt, dan kan dat ook op een andere manier. Bevestig aan het plafond een plank van pak ‘m beet 15 tot 20 mm dik. Aan de plank ga je de lampen ophangen, dus reken maar uit hoe lang deze plank moet zijn (laat de plank links en rechts van de plafondkapjes een stukje doorlopen, dat staat royaler). Als de plank een aantal centimeters breder is dan de plafondkapjes, is het goed. En dan de truc: aan één kant van de plank frees je een goot waar je de kabels door legt. De plank met daarin de kabel bevestig je met schroeven en pluggen tegen het plafond. Vervolgens schilder en/of saus je het hulpstuk in precies dezelfde kleur als het plafond. Een onopvallend element! Je geeft het een sierlijk karakter door een mooi profiel rondom de plank te frezen.

Montageoptie 3 – Nonchalante kabels…

Soms is bij klussen de oplossing eenvoudiger dan je denkt. Zolang je probeert de draad tussen de lampen netjes weg te werken, móet je een oplossing bedenken. Maar als je dat nu eens niet probeert? Hang de lampen aan een haak op de gewenste plaats. Je verbindt ze met elkaar en met de lamp die aan het lichtpunt hangt met kabels die ‘te lang’ zijn: ze hangen nonchalant van lamp naar lamp. Je kunt hiervoor passende kabels met een mooie mantel gebruiken (‘strijkijzersnoer’). Je kunt ook een ketting mee laten vieren, maar beter is alleen de kabels. De ketting heeft een dragende functie. Die heeft éigenlijk niets te zoeken tussen de lampen, tenzij je het gewoon mooi vindt…

Montageoptie 4 – Onopvallende kabelgootjes

De meest simpele oplossing om de bedrading van hanglampen weg te werken, is de kabelgoot met plakstrip. Deze is bij elke bouwmarkt te koop. Uitermate platte, rechthoekige gootjes die je zo tegen het plafond plakt. Als je er met je neus tegenaan staat, tijdens het klussen, springen ze in het oog. Maar loop je door de kamer of zit je op de bank, dan vallen ze vrijwel niet op. En makkelijk is het ook nog eens: je hoeft niet handig te zijn of veel gereedschap te hebben om zo je lampen op een rijtje te krijgen.

Hoe hoog hang je de lampen?

Er bestaat geen wet van Meden en Perzen die zegt hoe hoog een lamp boven je tafel moet hangen. Een vuistregel is 60 tot 70 cm. Hoe hoger je de lamp hangt, des te groter is de oppervlakte die wordt verlicht. Wil je een tafel van 2,40 meter verlichten met één lamp, dan zal je deze dus hoger moeten hangen. Anders heb je aan links en rechts van de lamp te weinig licht om de krant te spellen of een biefstukje te inspecteren.

Sfeerlichtje of ei uitbroeden…

Je kunt nog zo’n mooie lamp hebben, met de verkeerde lichtbron wordt het niet gezellig in huis. Licht is een sfeermaker, maar ook functioneel. Dat kan een reden zijn dat je voor een lamp met een hoge lichtopbrengst kiest. Aan een gelig pitje heb je niets als je aan het puzzelen bent. De wattages die je nodig hebt, kunnen in vrijwel elke lamp van Stoerelampen.nl. Vroeger niet: een 200 Watt gloeilamp kon je maar beter niet in een fitting draaien waar ‘max 40 Watt’ op stond. Nu we spaar- en ledlampen hebben, kom je nauwelijks hoger meer dan 33 Watt. In normaal gebruik waarschijnlijk zelfs niet hoger dan 13 Watt. Dat mag in elke lamp!

Hieronder een tabel waarin je de wattages grofweg kunt vergelijken.

Let op: je kunt al onze lampen op een dimmer aansluiten. Maar niet elke spaar- of ledlamp is hiervoor geschikt. Kies dus de juiste lichtbron!

Wattage vergelijken

STOERELAMPEN.NL Daarom koop je bij stoerelampen.nl

  • GRATIS VERZENDING
  • 14 DAGEN BEDENKTIJD
  • LEVERING UIT VOORRAAD
  • EIGEN SHOWROOM
  • Gratis woonmagazines
  • VEILIG BETALEN
ideal mester cash master card visa